Skip to main content

Medicatie

Farmacotherapie, ofwel behandeling met medicatie, is de tweede belangrijke behandeloptie naast cognitieve gedragstherapie (CGT). Het is altijd raadzaam om farmacotherapie te combineren met CGT.

Antidepressiva

De eerste keuze bij medicamenteuze behandeling zijn antidepressiva. Antidepressiva werken behalve bij mensen met depressie ook bij angst, paniekaanvallen, fobische vermijding, piekergedrag, pijnklachten en bij OCD.

Antidepressiva worden onderverdeeld in verschillende groepen. Bij OCD zijn de SSRI’s de belangrijkste groep antidepressiva. SSRI is de afkorting van het Engelse ‘Selective Serotonin Reuptake Inhibitor’. Vertaald naar het Nederlands is dat Selectieve Serotonine Heropname Remmers. Deze middelen zorgen ervoor dat de boodschapperstof serotonine, die betrokken is bij emoties zoals depressie en angst, langer in de hersenen actief blijft.

Behandelaar en patiënt besluiten samen of antidepressiva moeten worden gebruikt. Het is goed om daar de zorgstandaard of de ggz-richtlijn bij te betrekken. Daar worden namelijk alle behandelingen in alle fasen van een aandoening op een rij gezet.

Medicatie roept soms weerstand op. Dat is niet zo gek, want behalve de gewenste werking kunnen medicijnen bijwerkingen geven. Daarom is het belangrijk objectieve informatie te raadplegen en het medicijngebruik te evalueren, zodat een goede afweging kan worden gemaakt.

Objectieve informatie over antidepressiva vind je op antidepressiva.nl. Je kunt ook via het e-spreekuur vragen stellen over medicatie.

Soms is de weerstand tegen medicatie dwangmatig van aard. Soms vinden mensen met OCD namelijk dat zij alles perfect moeten doen, of dat hun aandoening de maatschappij niet onnodig geld mag kosten. Bespreek dit soort dwangmatige twijfels met je behandelaar.

Richtlijn professionals

Lees meer