Skip to main content

E-consult

Hier heb je de mogelijkheid om een vraag stellen aan één van de aangesloten specialisten.

Psycho-educatie

Elke behandeling begint met een goede uitleg van wat er aan de hand is en hoe een behandeling daarop kan aangrijpen. Zeker bij de dwangstoornis is dat van belang, omdat daarbij vaak mechanismen een rol spelen die ervoor zorgen dat de klachten in de loop van de tijd verergeren. Goede psycho-educatie is een voorwaarde voor het slagen van een behandeling met cognitieve gedragstherapie.

Lees verder

Diagnostiek

OCD doet zich voor op uiteenlopende soms heel specifieke levensgebieden. Het diagnostisch proces voor OCD vraagt van de behandelaar inzicht in onderliggende obsessies en fysieke en mentale compulsieve uitingen.

Lees verder

Screening & Anamnese

Algemene psychiatrische anamnese

Hoe vraag je een patiënt die zich meldt met psychische klachten naar de aanwezigheid van dwangsymptomen?

In de basis en specialistische GGZ is het in de intakefase van belang een eventueel aanwezige OCD te herkennen en te diagnosticeren te midden van psychiatrische comorbiditeit met angststoornissen, stemmingsstoornissen, middelenafhankelijkheid of een cluster C- en B-persoonlijkheidsstoornis. Ook bij mensen die komen met andere psychische klachten is het van belang zicht te krijgen op psychopathologie die niet spontaan wordt gemeld.

OCD herkennen

In de GGZ wordt daartoe in de intake bij alle patiënten een ‘psychiatrische tractus anamnese’ afgenomen. De professional die de kennismakingsgesprekken met de patiënt voert, vraagt, onafhankelijk van de aanmeldklacht, standaard met ‘stamvragen’ naar overige psychische problematiek. Een positief antwoord op zo’n stamvraag zet de professionals dan op het spoor van een aanwezige (comorbide) stoornis, die vervolgens verder uitgevraagd wordt om te zien of er sprake is van een ‘full-blown’ stoornis, of slechts begeleidende klachten.

Twee stamvragen

In de algemene anamnese worden dwangverschijnselen met de volgende twee stamvragen uitgevraagd (Handboek psychiatrische onderzoek. Hengeveld MW e.a., Amsterdam, de Tijdstroom, 2019, pag. 34 en 35).

  1. Dringen zich, tegen uw zin, telkens vervelende en ongewenste gedachten of fantasieën aan u op? Moet u steeds aan bepaalde dingen denken die u niet bij uzelf vindt passen of die u heel vervelend vindt? Moet u telkens bidden, tellen, of in stilte woorden herhalen?
  2. Probeert u specifieke situaties uit de weg te gaan, omdat u anders te angstig wordt? Moet u telkens dingen controleren? Moet u zich telkens wassen of alles opruimen? Moet alles in een bepaalde volgorde, volgens vaste regels?

Als je OCD vermoedt bevraag je de patiënt over de inhoud, ernst, duur en de gevolgen van de dwangklachten. Zie hiervoor de speciële anamnese.

Screening bij volwassenen

Er zijn geen OCD Screeningsinstrumenten voor volwassenen. Hiervoor verwijzen we naar de Algemene anamnese (zie hierboven).

Screening bij kinderen

OCD Screeningsinstrumenten voor kinderen en jongeren: