Daniëlle Cath over de farmacotherapie van pathologische verzameldwang
Het verzamelen en bewaren van spullen is een wijdverbreide menselijke eigenschap, die 75% van de schoolgaande kinderen – in onschuldige vorm – bezighoudt; denk aan de jongens met een postzegelverzameling of de meisjes/vrouwen met een verzameling schoenen of poppen. Waarschijnlijk is verzamelen als eigenschap blijven bestaan omdat er een evolutionair voordeel mee is gemoeid (wie iets bewaart, heeft wat in tijden van schaarste). Echter, er is sprake van pathologische verzameldwang (of, met een buitenlandse term hoarding), wanneer
- spullen verzameld worden die niet of nauwelijks enige waarde hebben,
- het verzamelen van spullen excessief wordt, en
- wanneer de persoon niet in staat is waardeloze spullen weg te gooien. Verzameldwang kan zodanige vormen aannemen dat de persoon ernstig belemmerd raakt in zijn dagelijks leven, en in een sociaal isolement raakt.
In ernstige gevallen kan de leefruimte van de persoon door de rommel zodanig in beslag genomen worden dat een onleefbare, gevaarlijke situatie ontstaat voor de persoon en zijn omgeving. Pathologische verzameldwang vormt dan ook een fors gezondheidszorgprobleem, met 2,5-5% van de bevolking die eraan lijdt. Verzameldwang ontstaat vaak al op jonge leeftijd (rond het 20e jaar). Mannen zijn vaker aangedaan dan vrouwen, terwijl vrouwen vaker in behandeling komen, zij het dat dit bij zowel mannen als vrouwen vaak pas meer dan vijftien jaar na het ontstaan van klachten gebeurt, veelal onder druk van de omgeving.
Lees het gehele artikel dat hierover gepubliceerd werd in Psyfar: Cath, D.& Winters, A. (2011). De farmacotherapie van pathologische verzameldwang. Psyfar, 2, 46-49.